Abstract Inge Klatte, MSc.

De praktische kant van ouder-kind interactie therapie bij voorschoolse kinderen met taalproblemen

Inge S. Klatte, MSc
Prof. dr. Sue Roulstone

Ouder-kind interactie therapie (PCIT) wordt veel gebruikt bij peuters met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Reviews concluderen dat PCIT effectief is bij deze groep. Echter, de reviews hebben artikelen geïncludeerd waarvan de interventies veel van elkaar verschillen. Ook blijkt uit de literatuur dat logopedisten PCIT regelmatig aanpassen. Om de effectiviteit van de PCIT te kunnen behouden is er behoefte aan een framework die de belangrijkste componenten van PCIT bevat en aangepast kan worden aan iedere cliënt.
Deze studie heeft zich gericht op het vinden van de belangrijkste componenten van PCIT, volgens de literatuur en praktijk. Daarnaast is er gezocht naar de redenen die logopedisten geven voor het aanpassen van hun therapie. Semi-gestructureerde interviews zijn afgenomen bij tien logopedisten werkzaam met PCIT bij peuters met TOS. De interviews zijn getranscribeerd en thematisch geanalyseerd. Er is een literatuur onderzoek uitgevoerd naar PCIT waarbij 12 geschikte artikelen zijn geïncludeerd. Op basis van de interviewdata zijn vier potentiele belangrijke componenten vastgesteld: engagement van ouders, begrip van ouders, reflectie van ouders en de vaardigheden van de logopedist. Opvallenderwijs worden deze componenten niet tot nauwelijks besproken in de literatuur. Logopedisten passen hun interventies voornamelijk aan op basis van restricties van hun organisaties, op de behoeften van de families en beschikbaarheid van middelen. Logopedisten zien PCIT als een waardevolle maar uitdagende behandeling. Voor het behouden van de effectiviteit en toepasbaarheid van de interventie aan iedere organisatie en familie is er behoefte aan een framework waarin de belangrijke componenten centraal staan.

Kernbegrippen: TOS, PCIT, peuters